Zomerinbrekers weer op pad, maar Nederlanders houden het hoofd koel.
De zomervakantie is begonnen en daarmee neemt ook de kans op inbraken toe. Door de juiste maatregelen te treffen als je een dagje weg of op vakantie gaat kun je de kans op inbraak verkleinen.
Minder zorgen, ondanks toename inbraakrisico
Na versoepeling van de coronamaatregelen gaan mensen steeds meer naar buiten. Daarmee begint het inbraakrisico ook weer te stijgen, blijkt uit de InbraakBarometer. Maar echt zorgen maken Nederlanders zich niet, concludeert Interpolis op basis van een steekproef onder bijna 4000 Nederlanders.
70% van de Nederlanders geeft aan zich weinig zorgen te maken over een inbraak tijdens een dagje uit of vakantie. Dat Nederlanders zich minder zorgen maken, kan te maken hebben met het feit dat het aantal woninginbraken de afgelopen maanden door de coronacrisis historisch laag was. Toch laat de InbraakBarometer zien dat de kans op een inbraak sinds de versoepelingen weer snel stijgt. Jan-Willem Blank, binnen Interpolis verantwoordelijk voor de InbraakBarometer: ‘De kans op een inbraak stijgt de komende weken met 18%. In de vakantieregio midden-Nederland verwachten we zelfs een stijging van 21% tijdens de schoolvakantie. Nederlanders schatten het inbraakrisico laag in: slechts 2% van de huishoudens schat het inbraakrisico in de zomervakantie hoog in. Om het risico op een inbraak te verminderen, is het belangrijk dat je jezelf goed voorbereidt en je huis veilig achterlaat als je een dagje weg of op vakantie gaat.’
Inwoners van de grote steden voelen zich veiliger dan de rest van Nederland
Acht op de tien Nederlanders voelen zich veilig
in huis. Opvallend is dat inwoners van Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en
Utrecht zich minder zorgen maken en minder maatregelen treffen dan de rest van
Nederland, terwijl er in de grote steden vaker wordt ingebroken.
Een deel van Nederland is zich wel degelijk bewust van het toenemende inbraakgevaar en treft de nodige maatregelen. Zo licht 25% van de Nederlanders de buren in als ze een dagje weg gaan. Een op de vijf vraagt zelfs een bekende om in hun huis te verblijven wanneer zij een dag eropuit gaan. Wanneer het misgaat en er wordt ingebroken, neemt 5% het de buurman of buurvrouw daardoor zelfs kwalijk. In de grote steden ligt dit met 8% nog hoger dan gemiddeld. Ondanks dat de buren vaak ingeschakeld worden, stelt 39% dat sociale controle in Nederland ver te zoeken is.
1 op de 3 mensen heeft nog lang last van klachten na een inbraak
Emotionele schade weegt het zwaarst
3 tips die je helpen om het risico op inbraak te verminderen
- Doe alsof je thuis bent
Ga je een avondje op pad of een weekendje weg? Laat je huis er van buiten uitzien alsof je thuis bent. Bijvoorbeeld door met een timer lampen aan te laten gaan als het donker wordt. Doe niet alle gordijnen en rolluiken potdicht. En zet bijvoorbeeld wat glaasjes op tafel, zodat je huis er echt bewoond uitziet.
- Zorg voor goed hang- en sluitwerk
Goede sloten houden inbrekers buiten. Het is absoluut de moeite waard om daar eens kritisch naar te kijken en zo nodig in te investeren. Een vereiste voor een goed slot is een keurmerk, zoals SKG. Het keurmerk zegt dat een goed slot minstens 3 minuten bestand moet zijn tegen openbreken.
- Zorg voor verlichting buiten
Inbrekers staan niet graag in de belangstelling. Als de verlichting aanspringt staan ze ineens letterlijk in de schijnwerpers. Dat schrikt nogal af. Neem alleen buitenverlichting als omwonenden zicht op je voor- en of achtertuin hebben. Zorg voor goede buitenverlichting door lampen te nemen met een bewegingssensor of schemerschakelaar. Houd daarnaast struiken en heggen rondom je woning kort, zodat je huis voor anderen goed zichtbaar is.
