In het katholieke deel van de agrarische bevolking ontstonden vier van deze boerenstandsorganisaties. Vanuit de coöperatieve gedachte kochten ze samen in, verkochten ze en veilden ze samen. Ze stichtten hun eigen banken (de Boerenleenbanken) en hun eigen verzekeringsmaatschappijen (de Onderlinge Waarborgmaatschappijen). Voor hun oude dag richtten ze een eigen pensioenfonds op. Vier waarborgmaatschappijen ontwikkelden zich tot volwaardige schadeverzekeringsmaatschappijen; het pensioenfonds werd een levensverzekeringsmaatschappij.
In de jaren zestig maakten veel tradities plaats voor nieuwe ontwikkelingen en ideeën. Marktconcentraties en fusies kenmerkten de industrie en dienstverlening. In de bank- en verzekeringswereld ontstonden grote ondernemingen. Ook de vier waarborgmaatschappijen en het levensverzekeringsbedrijf van de katholieke standsorganisaties besloten in 1969 te fuseren. Zo ontstond Interpolis, dat uitgroeide tot een krachtig concern met een bijzonder karakter. In 1990 werd Interpolis onderdeel van de Rabobank-organisatie.
In 2005 is Interpolis gefuseerd en maakt sindsdien deel uit van Achmea, samen met een aantal andere merken zoals Centraal Beheer, FBTO en Zilveren Kruis. Deze merken worden ondersteund door een aantal Achmea-divisies, die grotendeels onttrokken zijn aan het oog van de klant. De divisies vormen de ruggengraat van de merken en staan garant voor een stevige merkenorganisatie.